Lezen met Letterhuisjes

Een beeldende en gestructureerde rubricering van de letterklanken, maak het voor kinderen gemakkelijker om tot klank-teken-koppeling te komen. Waarna het vlot (leren) lezen volgt.

Ik maak in mijn praktijk gebruik van de rubricering die ik tegenkwam in het boek Beelddenken in de Praktijk. Als beelddenker sprak deze rubricering tot mijn verbeelding.

Ik heb heel lang geknutseld met de leerlingen. Ik vouwde de huisjes met ze en voorzag ze van de juiste tekens. Door de jaren heen zijn de huisjes op de computer terecht gekomen en rubriceren we  met ‘mijn’ huisjes.

Nu gebruik ik deze kant en klare huisjes elke week in de praktijk en kan ik ze voor meerdere leerlingen tegelijk toegankelijk maken.

Combineren

De letterhuisje combineer ik graag met andere methodieken of methodes. Op deze wijze gaat de rubricering nog meer betekenis krijgen. Het is immers de bedoeling dat de leerlingen de opgedane kennis in diverse situaties gaan gebruiken.

Zo combineer ik mijn letterhuisjes graag met de LEGO huisjes van LetterKlankStad. Of ik maak gebruik van de TaalinBlokjes materialen. Ik laat kinderen nog steeds graag knutselen met de huisjes. Tekeningetjes kunnen ze opzoeken in de klankbladen van @liefsbijSanne. Maar het liefst pas ik mijn huisjes direct toe in dagelijkse situaties. Dus tijdens het lezen en het spellen.

In de praktijk

Mijn letterhuisjes komen elke week meerder keren uit de kast. Ten eerste rond om het lezen in groep 3/4/5. Laat ik je eens een kijkje in de keuken geven.

Nadat de kinderen ‘geland’ zijn, gaan we aan de slag met letterhuisjes flitsen.

Aansluitend gaan we opzoek naar de ‘logica’ in de rubricering. Kinderen krijgen uitleg EN ontdekken zelf welke rubricering er ‘ontstaat’.

Zo gaan leerlingen ‘ineens’ door hebben dat alle gele huisjes een klank bevat die lang klinkt (de stembanden blijven lang, waardoor de lucht vrij kan stromen).

Als laatste gaan we op zoek naar klanken in een tekst. Deze is natuurlijk op niveau en passend bij de nieuw aan geboden of de te herhalen klanken.

Ze leren hun impuls te remmen tijdens het kleuren: een -i- kan immers een -i- zijn, maar ook een onderdeel van een tweetekenklank -ie- of -ei-. Maar ook de -o- kan een -o- zijn of een onderdeel van een andere klank. Denk maar eens aan de -oo- of de -oe- of zelfs de -oei-.

Doordat ik elke week een klein beetje meer informatie met ze deel blijft het speelse leren geactiveerd. We ontdekken als het ware samen hoe we om mogen gaan met de Nederlandse taal.

We beginnen makkelijk. We kleuren alleen de lange en de korte klanken. Langzamerhand breiden we de rubricering uit. Het is grappig om te zien hoeveel kinderen in het begin de mist in gaan met de ‘verstopte’ klanken. Klanken die in eerste instantie een lange of korte klank lijken te zijn, maar eigenlijk onderdeel zijn van de twee- of drie-teken-klanken. (klanken die we overigens veelal in het onderwijs bedacht hebben om kinderen te leren spellen, maar daar in een andere blog meer over.).

En dan nu: LEZEN MAAR!

In de webshop

De handleiding van korte straat naar lange straat en de letterhuisjes zijn beschikbaar in de webshop. In deze video’s deel ik met jou wat je van de producten kan verwachten.

Heel veel speel en rubriceer plezier!

Liefs,

Tineke